Nederland en Frankrijk willen een onafhankelijk Europees toezichthouder in de strijd tegen het witwassen. Een woordvoerder van Financiën bevestigt dat Den Haag en Parijs “al een tijdje bezig zijn een coalitie met gelijkgestemde landen te zoeken” voor de oprichting van een centraal toezichthouder omdat witwassen een grensoverschrijdend probleem is.

De EU werd de afgelopen twee jaar opgeschrikt door een aantal grote witwasschandalen, onder meer bij ING en Danske Bank. In juli nog maande EU-commissaris Valdis Dombrovskis de lidstaten prioriteit te geven aan de bestrijding hiervan. Het toezicht hierop is in de EU nu nationaal geregeld, maar centraal toezicht ontbreekt. In Nederland ligt de bevoegdheid bij De Nederlandsche Bank (DNB).

Volgens de woordvoerder “is een aantal landen aan boord”. Eind vorig jaar is een voorstel in de koelkast gezet om de Europese Bankautoriteit (EBA) op te tuigen om toe te zien op de handhaving van de antiwitwaswetten.

Deze zomer presenteerden de ministers Wopke Hoekstra (Financiën) en Ferd Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) al een pakket maatregelen aan de Tweede Kamer “om ervoor te zorgen dat criminelen geen voet aan de grond kunnen krijgen in ons financieel stelsel”.

In Nederland wordt jaarlijks naar schatting 16 miljard euro witgewassen. Het gaat vooral om opbrengsten uit drugscriminaliteit en fraude, die naar schatting voor meer dan de helft uit het buitenland komen. Daarom is ook centraal toezicht vanuit Europa nodig, vindt het kabinet.

Lees meer over witwaspraktijken: